Capuchos – dag 13 t/m 15
Vandaag (04-05) eens even lekker uitgeslapen en vervolgens lekker in het zonnetje ontbeten. Zijn daarna naar Costa Caparica gegaan en hebben Maria’s ouders bezocht. Het was nog steeds mooi weer zodat we even lekker langs het strand konen uitwaaien. Na afloop even wat Piri-Piri kippen opgehaald bij de lokale poelier en daarna richting Capuchos gegaan. De volgende dag zijn we met de bus richting Lissabon gegaan en vervolgens met de pont (veerboot) naar het centrum om een aantal dingen te bekijken. Zijn hier natuurlijk vorig jaar ook al geweest (en hebben toen een tour met hop-on hop-off bus gemaakt), dus dit was weer even wat herinneringen op halen. Zie deze link voor de foto’s van vorig jaar. In het beroemde café, waar een beeld van de schrijver Fernando Pessoa staat, wat
gedronken en zijn vervolgens weer richting de veerpont gelopen en terug naar Capuchos gegaan. De volgende dag uit geslapen en samen met de ouders van Maria in ons favoriete restaurant in Costa wezen eten. In de namiddag nog even een grote shopping mall (Het Forum) in de buurt van Lissabon bezocht, en toen was de koek weer op en werd het tijd om de koffers in te pakken (zoals de Portugezen dan zeggen : inpakken en weg wezen !). We moesten zaterdag al weer vroeg op de luchthaven zijn (ca 05:00 uur), dus dat was midden in de nacht op staan. Natuurlijk helemaal gebroken wakker geworden, dit was echt niet leuk. Gelukkig was de man van het auto verhuurbedrijf op tijd aanwezig zodat we de bus kwijt konden. De vlucht vertrok op tijd en we zijn om 11:15 uur weer in Nederland aangekomen.
Jos & Maria, hierbij nog heel erg bedankt dat we in jullie huis mochten slapen en jullie weer erg je best gedaan hebben om het ons naar de zin te maken , obrigado !!
Pinhancos – dag 12
Zijn redelijk vroeg op gestaan, en we stonden om een uur of tien bij de bedevaartskerk Nossa Senhora de Remédios. Er waren nog niet zoveel bezoekers, zodat we op ons gemak de boel konden bekijken en een paar mooie plaatjes konden schieten. Jos heeft ons boven af gezet, zodat we naar beneden konden lopen, goede keus .. andersom (van beneden naar boven) is natuurlijk een hele klim, het zijn ongeveer ca 650 treden. Vervolgens zijn we richting Santa Marinha (geboorte dorp van Maria) en Pinhancos gereden. We zijn hier vorig jaar ook geweest (tijdens Pasen) en hebben Maria haar ouders en tante bezocht. Maria haar ouders waren er nu niet, zaten aan de Costa, maar we zijn natuurlijk wel even bij tante langs geweest, vond ze erg leuk. Hebben vorig jaar ook in het hotel Senhora Da Lombra geslapen, maar het highlight was toch eigenlijk wel het restaurant tegen over het hotel. Daar kun je lekker en veel eten (en drinken) voor weinig, en daar zijn Nederlanders natuurlijk gek op. Nou, deze keer ging het feest jammer genoeg niet door, het restaurant is tegenwoordig elke dinsdag gesloten: dus niks veel eten en drinken voor weinig 🙁 . Het ergste van alles is dat we (ik en Jos) de hele week naar een Bolo de Bolache toegeleefd hadden (die is hier namelijk formidabel), en dat ging natuurlijk ook niet door. In ieder geval heeft de eigenaar van he
t hotel (en restaurant) ons een adres gegeven van een ander restaurant in een plaatsje verderop, die naar zijn idee ook erg goed was. Zijn vervolgens eerst naar de plaats Seia gegaan om traditioneele Portugese sloffen en nog wat andere zaken te kopen. Het bleek dat er een begrafenis was van een Zigeuner, en er waren een aantal straten afgezet in het dorp. Er liepen behoorlijk wat duistere en gevaarlijk uitziende figuren rond (kennelijk familie van de overledene), waar je absoluut géén ruzie mee moest maken. Het goede nieuws is, dat na afloop onze bus nog op de parkeerplaats stond, alles er nog in zat, het viel dus eigenlijk reuze mee. Terug naar het hotel gereden en vervolgens op zoek naar het restaurant wat ons aangeraden was. Het was inderdaad een topper, we hebben er uitstekend gegeten en was ook niet duur (veel voor weinig, helmaal toppie dus). Alléén de Bolo de Bolache was niet zo goed als in het andere restaurant (die houd ik dus nog tegoed Jos !) .. nou ja, je kan natuurlijk ook niet alles hebben.
Lamego – dag 11
Zijn na het bezichtigen van het Kasteel in Braganca naar Lamego gereden. Dit was een indrukwekkende rit, en met name het stukje langs de Douro rivier was heel mooi. Kwamen ook weer even langs de Quinta (Ferreira) van Marie, ze heeft even gekeken of de druiven/wijnstokken er goed uit zagen en vervolgens konden we weer met een gerust hart verder rijden. Voor de Port analfabeten: een Quinta is een wijngaard waar de druiven voor Port groeien. Kwamen natuurlijk nog veel meer Quinta’s tegen, waaronder die van Sandeman. Hadden jammer genoeg niet echt veel tijd meer om rond te kijken en een Quinta te bezoeken, het was al laat en we wilden natuurlijk wel op tijd in ons hotel in Lamego inchecken. Het hotel (straatnaam) stond niet op de (TomTom of was het HansHans) kaart, dus iets geselecteerd wat er op leek. Jammer, was toch niet goed en Jos heeft even naar het hotel moeten bellen om een hint te krijgen waar het nu precies zat. Hebben in het hotel ingecheckt en even een wijntje gedronken. Het was overigens het meest luxe (4 sterren) en duurste hotel tijdens onze reis, en je waande je inderdaad in een tropisch oord. Dat kwam overigens niet door de
ambiance, maar meer doordat ik doordat ik de airco aangezet had (op ca 17 graden), en toen we een paar uur later van het eten terugkwamen bleek dat de airco niet goed werkte en verwarmde ipv van koelde. Het was niet meer te harden en koel te krijgen (de airco bl
eek kapot te zijn) en ze hebben ons uiteindelijk een andere kamer gegeven. Nou, je begrijpt wel dat ik daarna niet meer aan de knoppen durfde te draaien. Zijn lopend naar het centrum gegaan om een restaurant te zoeken. Dit viel in eerste instantie niet mee, maar uiteindelijk hebben we toch een leuk restaurant gevonden. Als voorgerecht kregen we een soort “Schwarzwälder Schinken” uit de regio, dus een soort van “Lamego Schinken”, heel erg lekker en voor de rest was het eten ook goed te hachelen.
Braganca – dag 10
Vanuit Braga zijn we naar Braganca gereden. Braganca is van oorsprong een Keltische plaats. Omdat het van Braga naar Braganca z’n 230 km was, zijn we gelijk na het ontbijt weg gereden. In Chaves, een stad uit de Romeinse tijd, zijn we gestopt om het kasteel te bezichtigen. We hebben ook nog even in de stad rondgelopen waar Sylvia en Maria schoenen hebben gescoord. Omdat het Moederdag was kregen ze ook nog 10% korting. Daarna zijn we richting Braganca gereden , via de onderkant van het natuurpark Montezinho. In Vinhais hebben we een stop gemaakt om foto’s te maken van het mooie uitzicht. In Braganca aangekomen hebben we onze koffers naar het hotel Tulipa gebracht. Er was in een Braganca een soort jaarmarkt, met allerlei kraampjes, en optreden van een folklorische dansgroep uit Braganca. We hebben dit allemaal bezocht en er was ook een kraampje waar je ginginha kon drinken uit een heel klein kannetje van aardewerk, die je mocht houden. Dit heeft onze Dirk moeten missen omdat hij ziek was geworden; waarschijnlijk van het veel eten en drinken . Omdat het ’s middags laat hevig begon te regenen, hebben we besloten om in het hotel wat te gaan drinken. ’s Avonds hebben we ook in het hotel gegeten. We hebben heerlijk gegeten; alhoewel het stuk vlees van Hans, Sylvia en Jos iets minder groot had gekund. De volgende dag was het weer droog en hebben het kasteel met een muur er omheen bezocht.
Braga – dag 9
Vanuit Castro Laboreiro zijn we richting Braga gegaan via Geres gebied. Na een mooie rit door Geres zijn we bij toeval bij het plaatsje Peneda gestopt om de weg te vragen naar Arcos de Valdevez. We hebben besloten, aangezien het een mooi dorpje bleek te zijn met een prachtig uitzicht en een replica van Bom Jesus de Braga, te stoppen en hiervan te genieten en foto’s te maken. Hierna hebben we onze reis vervolgd en zijn we naar Arcos de Valdevez. In Arcos aangekomen zijn we op een terrasje gaan zitten en hebben we wat gedronken. Hierna hebben we even in het centrum rondgelopen en heeft Maria in een klein winkeltje die folklore kleding verkocht een paar chinelas (slippers) om haar outfit te completeren. In een supermarkt (Pingo Doce) hebben we lekkere kaas, ham, chorico enz. gekocht. Uiteraard zijn we de wijn en water niet vergeten. Bij een lekkere bakker hebben we lekkere broodjes gekocht, die we daarna onderweg naar Braga , in het plaatsje Citadilha (tijdens soort picknick) hebben gegeten. Vanuit Arcos de Valdevez zijn we richting Spaanse grens gereden naar het plaatsje Lovios. Via
Portela do Homem zijn we dwaars door het Geres gebied via Povoa de Lalhosa uiteindelijk in Braga terechtgekomen. Eenmaal in Braga aangekomen hebben we nog een poosje naar het hotel moeten zoeken, aangezien de tom tom het adres niet kon vinden. Na een paar rondjes te hebben gereden en Jos naar het hotel had gebeld om de weg te vragen, hadden we het hotel gevonden. ’s Avonds zijn we op zoek gegaan naar een restaurant in de buurt. Na z’n 5 minuten te hebben gelopen werden we buiten voor een restaurant door de kokkin aangesproken die ons haar specialiteiten adviseerde. Ze zag erg netjes en schoon uit. Wat ons met name erg aansprak was dat ze ook de andere restaurantjes in de buurt aanbeveelde. We hebben daarom met zijn allen besloten om daar te gaan eten. Het was achteraf een goede keus want we hebben er heerlijk gegeten.
Castro Laboreiro – dag 7 en 8
Vanuit Viana zijn we richting Castro Loboreiro gegaan. Helaas was het weer iets minder , maar de rit er naar toe was prachtig. We zijn even het dorp in geweest en hebben in een restaurantje heerlijke worst en ham gegeten. Er was hier niet veel te doen/te zien, maar qua natuur en voor de wandelaars is dit een mooi gebied. Wij waren van plan om met begeleiding van een gids een wandeling door de bossen , romeinse bruggen en flora en fauna te doen. Helaas werd voor de volgende dag veel regen voorspeld waardoor wij hiervan hebben afgezien. Nadat we informatie hadden gekregen bij de plaatselijke vvv, hebben we de volgende dag op eigen houtje een wandeling gemaakt.
We hebben o.m. een Keltische en een romeinse brug gekeken. Nadat we onderweg aan een man hadden gevraagd waar we nog een andere romeinse brug konden vinden, heeft die man ons na een praatje met Jos is hij met ons mee gelopen naar het winterdorp. We vonden allemaal deze man (hij heette Alves) ontzettend aardig die met veel enthousiasme ons alles vertelde over hoe/wat over het dorp en de omgeving. Jos was niet zo lekker (is eigenlijk nooit anders geweest), we zijn terug naar het hotel gegaan en Jos is zijn bed ingedoken. Het begon behoorlijk te regenen en we besloten om te gaan koffie drinken en even wat Portugese specialiteiten naar binnen te werken (denk hierbij aan de Pastelaria, pastel de nata). Omdat het bleef regenen zijn we op de kamer gaan zitten en hebben een start gemaakt met deze website, en even een flesje wijn opengetrokken. Daarna ontzettende honger gekregen en door naar het restaurant gegaan, en daar konden we Jos natuurlijk ook wel weer voor wakker maken. Het was een buffet, erg lekker en uitgebreid en na afloop werd er (en alléén voor ons) een soort wijnvat/opslagcontainer (gevuld met likeur, en ijskoud) op tafel gezet. Erg heftig spul maar wel lekker.
Viana Do Castelo – dag 6
Vanuit Porto zijn we naar Viana do Castelo gegaan. Viana ligt in het noordwesten van Portugal, ongeveer 70 km ten noorden van de stad Porto en 30 km ten zuiden van de Spaanse grens. Deze streek kenmerkt zich door een prachtig groene natuur, vele kastelen en met name de kerk Santa Lucia. Vanuit hier heb je een weids uitzicht over Viana en de monding van de rivier Lima. Bij aankomst in Viana zijn we gelijk naar het pensiontje gegaan om onze koffers neer te zetten om vervolgens lekker iets op een terras te gaan drinken. Tot onze schrik waren de kamers /bedden heel klein ( hier wordt geen rekening gehouden met de reuzen uit Nederland) . Zoals Dirk zei: dit waren bedjes voor sneeuwitje en de zeven dwergen. We hadden wel mooi uitzicht vanuit ons terras op de kerk Santa Lucia. Wij zijn daarna weer terug gegaan om de auto op te halen om Santa Lucia te bezichtigen en hebben een stukje door het centrum gelopen
; mooie gebouwen en allemaal gerestaureerd en met name wat ons opgevallen is, dat deze stad erg schoon is. De kerk Santa Lucia is een mooie kerk; met veel glas in lood en in tegenstelling tot andere kerken die wij gezien hebben, is deze kerk erg licht van binnen , mede door een grote koepel in het midden van de kerk. Verder is deze kerk niet pompeus en erg toegankelijk. ‘middags hebben de mannen lekker op een terrasje gezeten en aan de bier gezeten terwijl de vrouwen zijn gaan shoppen. Na een aantal winkels te hebben bezocht kwamen we tot de conclusie dat er niets te shoppen was. Maria zag opeens een winkel waar ze typische folklore klederdracht verkochten. Nadat zij zich helemaal in klederdracht uit Minho heeft gehesen, en deze kleding heeft gekocht zijn we bij de mannen op het terras gaan zitten en hebben we een lekker biertje gedronken. ’s Avonds was het nogal moeizaam om een geschikte restaurant te vinden. Uiteindelijk zijn we in een piepklein restaurantje terechtgekomen via een steegje en hebben heerlijk gegeten en als toetje hebben we heerlijk apfelstrudel.
Porto – dag 4 en 5
Dag 4 zijn we richting Porto gegaan en in tegenstelling tot het vorige hotel was dit een mooi, modern hotel gelegen in het oude centrum. Hier zijn we 2 nachten gebleven en achteraf gezien hadden we best 3 a 4 dagen kunnen blijven. Er is veel te zien en zelfs Jos die anti Porto was is helemaal om. Hij heeft wel zijn voetbalpetje van sporting om moeten ruilen voor Abn Amro pet. Nadat we in het hotel informatie over bezienswaardigheden van de stad hadden gekregen, hebben we besloten om d
e stad met een sightseeing bus te verkennen. De 1ste dag hebben we de oude stad gezien gecombineerd met een bezoek aan een port kelder van Croft. Dit bezoek hield een rondleiding door de wijnkelder plus portproeverij. Croft is ‘een van 1ste expediteurs van Port en tegenwoordig in handen van engelse eigenaars. Het was erg bijzonder om de kelder te zien en het verhaal over hoe portwijn wordt gemaakt te horen. Ook zijn we te weten gekomen wat het verschil is tussen de ruby, de tawny en de vintage port. De port die wij geproefd hebben was lekker en de liefhebbers hebben natuurlijk de nodige port gekocht. Dirk was ‘s avonds niet zo lekker en we hebben dichtbij het hotel in een typische Portugees restaurantje (bestaand uit z’n 8 tafeltjes) gegeten. De 2e dag hebben we wederom met de sightseeing bus door de stad gereden. Eerst door de oude stad en daarna door buitenwijken en langs de Douro.
Omdat we perse de wijnkelder van port Ferreira (dezelfde achternaam als Maria) wilde bezoeken, zijn we lopend van de ene naar de andere kant van de rivier gelopen via de brug Ponte de D. Luis 1, z’n 20 minuten lopen, en daar aangekomen bleek de wijnkelder helaas gesloten te zijn (lunchtijd). Wij zijn weer teruggelopen via de brug en moesten ons haasten om vervolgens de boot te pakken op Cais da Ribeira om een tocht te maken langs alle bruggen over de rivier de Douro. De boottocht was erg mooi en het weer was nog steeds erg warm. Hierna hebben we wederom een poging gedaan om de port kelder Ferreira te bezoeken. Het was weer 20 minuten lopen , maar deze keer hadden we geluk. Na 45 minuten wachten werden we beloond met een rondleiding door de mooie kelder met vooraf een stukje geschiedenis over de eigenaresse D. Antónia. De gids had wat ons betreft zijn verhaal wat beter mogen voorbereiden en iets meer enthousiast mogen vertellen. Eveneens werd deze rondleiding met het proeven van een witte en een rode portje beeindigd.
Coimbra – dag 3
Derde dag zijn we ri
chting Coimbra gegaan. Coimbra ligt ruim 200 km ten noorden van Lissabon en 100 km zuidelijk van Porto. De Universiteit van Coimbra is één van de oudste van Europa. In 2003 was Coimbra de culturele stad van Europa. Eerst maar even ingecheckt in het Ibis hotel. Het was nog een hele tour om de bus in de parkeer garage te krijgen, Jos moest een behoorlik scherpe draai maken en we hoorden een hoop gekras en gekraak. Het viel gelukkig reuze mee, het was alléén maar de antenne die langs het plafond schuurde. Het hotel viel helaas een beetje tegen, het had zijn beste tijd gehad en we hebben het meteen maar even omgedoopt tot het “Gribus” hotel. Gelukkig werd het weer werd steeds beter en dat maakte natuurlijk weer een hoep goed. Omdat het Pasen was waren heel veel restaurantjes dicht en hebben we lang moeten zoeken naar een dat wel open was. Uiteindelijk hebben we er één gevonden dichtbij het gribus hotel.
Het zat verstopt in een kelder, en we zaten eerst even te twijfelen zullen we wel of niet naar binnen gaan. Maar goed dat we we het wel gedaan hebben, het was echt een heel goed authenthiek Portugees restatuarant. Dirk en Hans hadden paella, Uschi alweer bacalhau (tot nu toe heeft ze niet anders gegeten) Sylvia, Jos & Maria hebben geit gegeten. Doordat de stad tegen een helling is gebouwd zijn er allerlei steegjes waar we doorheen zijn gelopen. Het was een flinke klim, en onderweg kwamen heel klein kroegje (konden net met zes man staan) tegen waar we een lekkere ginginha hebben gedronken (Uschi mistte alleen de kers erin).
Mafra & Nazaré – dag 2
Vanaf Capuchos (60km) zijn we richting Mafra gereden. Het was een regenachtige dag en op zich een goed moment om het Paleis/anex klooster van Mafra te bezichtigen. Het paleis van Mafra is een groot paleis en Franciscanenklooster gecombineerd in één gebouw en er is rondom een basiliek gebouwd. Het klooster bood onderdak aan 330 monniken en heeft één van de mooiste bibliotheken van Europa. Wij vonden het een mooie paleis en na een lange wandeling (er leek geen eind aan te komen) kwamen we in de indrukwekkende bibliotheek terecht, wat echt de moeite waard was na z’n 2,5 uur door het paleis te hebben gelopen.
De bibliotheek had een beetje de sfeer van een Harry Potter film.Na het bezoek aan het paleis zijn we richting Nazaré gereden. Nazaré is een vissersdorp, gelegen aan een prachtige strand in een door hoge rotsen omgeven baai. Het weer klaarde een beetje op we hebben eerst de koffers naar ons hotelkamer gebracht. Er bleek een festival te zijn van allerlei folklore groepen en activiteiten en we kwamen op het juiste moment aan.
Hebben daarna lekker op een terras (het weer werd steeds beter en warmer) venus schelpen gegeten en lekker vinho verde gedronken. Daarna zijn we naar plaatsje Sitio gegaan dat met een kabelspoortje te bereiken is en 110m omhooggaat,
hier heb je een prachtig uitzicht over het dorp en onder de rokken van het pindavrouwtje. We werden boven ontvangen door een vrouw die noten verkocht, erg lollig en luidruchtig was een dansje voor ons maakte en 6 van haar 7 rokken optilde (we hebben dus niet gezien wat er onder de motorkap zat:). Er zaten heel veel leuke restaurantje in het dorpje, maar helaas de meeste zaten vol, het was immers pasen. Uiteindelijk zijn we toch nog in een goed restaurant terecht gekomen en hebben een overheerlijke cataplana gegeten (was echt heel goed).
Volgende dag was het prachtig weer en hebben in de ochtend een wandeling gemaakt langs de boulevard en hebben gezien hoe de vissers en vissersvrouwen allerlei soorten vis drogen.
Capuchos – dag 1
Na wat vertraging op schiphol (er was iemand niet op komen dagen, dus er moest een koffer van boord gehaald worden) zijn we om 15:30 uur in Lissabon aangekomen. Daar hebben we vervolgens een tijdje moeten wachten bij lost & found, omdat er een tas van Jos en Maria zoek was. Deze was waarschijnlijk in Amsterdam achter gebleven, en zou dan de volgende dag langs gebracht worden. Vervolgens weer een tijdje moeten wachten, we hadden een auto gehuurd bij een verhuurbedrijf dat géén kantoor had op de luchthaven. Daar kwamen we pas na een tijdje achter. Na een paar keer heen en weer bellen werd duidelijk dat we de verhuurder op moesten zoeken bij een meeting
point waar vervolgens aan de balie van een snackbar een verhuurcontract op werd gemaakt, beetje louche boel maar uiteindelijk kwam het dan toch allemaal weer goed en rijden we vermoedelijk niet in een gestolen auto rond. Tja … dat krijg je er van als je voor een dubbeltje op de eerste rang wilt zitten. Vervolgens zijn we naar “Hotel Resende” in Capuchos gereden. Dit is een mooi gelegen hotel met goede service en daar kun je slapen voor weinig, en als je aardig bent hoef je helemaal niets te betalen. Hebben de koffers neer gezet en zijn vervolgens even gedag wezen zeggen bij de ouders van Maria om vervolgens bij ons favoriet restaurant “Carolina dos Aires” in de Costa te gaan eten. Het eten was nog steeds ontzettend lekker en de wijn nog beter. Alles smaakt in Portugal beter als thuis (alhoewel het dezelfde wijn is).